donderdag 29 oktober 2009

Algemene Vergadering VN verwerpt Amerikaanse blokkade tegen Cuba

Van de redactie – Op 28 oktober, heeft de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties vrijwel unaniem de resolutie aangenomen waarin de Verenigde Staten worden opgeroepen hun economische, financiële en handelsblokkade tegen Cuba te beëindigen.


187 landen steunden de resolutie, drie landen stemden tegen (de Verenigde Staten, Israël en Palau) en twee landen onthielden zich (Micronesië en de Marshall Eilanden). Sinds 1992 heeft de Algemene Vergadering zich ieder jaar met overweldigende meerderheid uitgesproken voor de opheffing van de blokkade die sinds 1962 officieel van kracht is. Vorig jaar stemden 185 landen voor de resolutie. De uitslag van de stemming van gisteren is een historisch record in de Verenigde Naties. [1]
In de tekst van de resolutie worden de Verenigde Staten opgeroepen om af te zien van het uitvoeren van wetten en het nemen van maatregelen die in strijd met het VN-handvest en het internationaal recht inzake vrijheid van handel en vervoer. Wederom worden de Verenigde Staten aangespoord om de wetten die zij hanteren af te schaffen, zoals de Helms-Burton Wet, die ook de soevereiniteit van andere landen schendt. In het document worden de principes bevestigd van de soevereine gelijkheid van staten, geen inmenging en interventie in hun interne aangelegenheden en vrijheid van handel en internationale scheepvaart. 

Of de Verenigde Staten onder de nieuwe regering van President Obama ook gehoor zullen geven aan de stem van de Algemene Vergadering valt te betwijfelen. Resoluties van de Algemene Vergadering zijn niet bindend en op 14 september van dit jaar heeft Obama het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken en het ministerie van Financiën instructies gegeven dat het “van nationaal belang” is om de economische sancties tegen Cuba te handhaven, onder de wet van Handel Drijven met de Vijand. Deze wet die dateert uit 1917, wordt toegepast bij oorlogssituaties. Nu wordt zij uitsluitend tegen Cuba gebruikt. [2]


De Cubaanse minister van Buitenlandse Zaken, Bruno Rodríguez, noemde in zijn rede voor de Algemene vergadering op 28 september de Amerikaanse blokkade “een daad van unilaterale agressie die unilateraal beëindigd moet worden”. Rodríguez zei dat met het aantreden van Obama er internationaal grote hoop leefde op een verandering in de Amerikaanse politiek. Het leek erop dat aan de politiek van extreme agressie en arrogantie, die kenmerkend waren voor de Bush-regering, een einde zou komen. De woorden van de nieuwe regering over verandering, dialoog en samenwerking werden door iedereen verwelkomd. “Helaas, met het verstrijken van de tijd worden de woorden niet gevolgd door daden”, zei Rodríguez.

“Het meest serieuze en gevaarlijke aspect van de nieuwe situatie is de onzekerheid over de werkelijke mogelijkheden van de huidige regering in Washington om te breken met de politieke en ideologische trend die de wereld bedreigde onder de vorige regering. De neoconservatieve groepen die Bush aan de macht hebben gebracht en die de kolossale Amerikaanse militaire macht hebben ingezet bij het domineren van de wereld, die verantwoordelijk zijn voor misdaden als marteling, moord en het manipuleren van de Amerikaanse bevolking, hebben zich snel gehergroepeerd en genieten nog een enorme invloed die haaks staat op de aangekondigde veranderingen. Het martelcentrum op de Amerikaanse marinebasis Guantánamo, dat een deel van Cubaans grondgebied bezet houdt, is niet gesloten. De bezettingsmacht in Irak is niet teruggetrokken en de oorlog in Afghanistan is uitgebreid en bedreigt nu andere landen”, aldus Rodríguez.

Rodríguez noemde de maatregelen van Obama zoals het terugdraaien van de beperkingen op familiebezoek en het sturen van geld door Cubaans-Amerikanen aan hun familie een positieve stap, maar ook extreem beperkt en onvoldoende. “De cruciale kwestie is dat de economische, financiële en handelsblokkade tegen Cuba in takt blijft.” Hij noemde in dat verband dat er geen enkel teken te zien is dat er een einde komt aan het bevriezen van Cubaanse tegoeden bij Amerikaanse banken.

Mogelijkheden
Volgens Rodríguez heeft de Amerikaanse president de mogelijkheid om veranderingen door te voeren, ondanks het bestaan van wetten als de Helms-Burton Wet. “Als er werkelijk de wil is om tot verandering te komen, dan kan de Amerikaanse regering import en export van goederen en diensten tussen Cuba en de Verenigde Staten mogelijk maken. Dan kan de Amerikaanse regering Cuba toestaan elk product waar ook ter wereld te kopen dat meer dan 10 procent Amerikaanse componenten of technologie bevat; afzien van het vervolgen, bevriezen of confisqueren van betalingen vanuit andere landen aan Cubaanse bedrijven; de ban opheffen op schepen van andere landen die na Cubaanse havens te hebben aangedaan voor een half jaar de toegang tot de Verenigde Staten worden ontzegd. President Obama kan Amerikaanse staatsburgers toestemming geven om naar Cuba te reizen, het enige land dat de Amerikanen niet mogen bezoeken”, aldus Rodríguez.

Hij noemde als voorbeeld dat uit cijfers van het Amerikaanse ministerie van Financiën blijkt dat sinds het begin van dit jaar bijna de helft van al het geld dat hun Bureau voor Controle van Buitenlandse Tegoeden heeft binnengehaald, afkomstig is van sancties die Amerikaanse en buitenlandse bedrijven opgelegd hebben gekregen wegens veronderstelde overtredingen van de economische blokkade tegen Cuba.

Rodríguez bracht in herinnering de bereidheid die de Cubaanse president Raúl Castro op 1 augustus heeft uitgesproken om tot een eerlijke en diepgaande dialoog te komen, met respect voor de onafhankelijkheid, soevereiniteit en zelfbeschikkingsrecht. Cuba wil in die dialoog kwesties bespreken als de opheffing van de blokkade, de verwijdering van de lijst van landen die terrorisme zouden steunen, de afschaffing van de Cuban Adjustment Act [een wet die Cubanen automatisch het Amerikaans staatsburgerschap geeft bij illegale immigratie, red.], compensatie voor de geleden schade, het overdragen aan Cuba van de Amerikaanse basis Guantánamo, het stopzetten van radio en tv uitzendingen om Cuba te destabiliseren en de stopzetting van de financiering van subversieve activiteiten.

Een essentieel onderdeel van de Cubaanse agenda is de vrijlating van 5 Cubanen die nu ruim 11 jaar gevangen zitten, na een schijnproces in Florida waar ze veroordeeld werden voor terrorisme. In werkelijkheid waren de vijf agenten die informatie verzamelden over terroristische aanvallen tegen Cuba.
Verder heeft Cuba voorgesteld om gesprekken te beginnen over de strijd tegen de drugshandel, terrorisme, smokkel van mensen, bescherming van het milieu en hoe om te gaan bij natuurrampen. Rodríguez verklaarde dat in die geest de Cubaanse regering gesprekken heeft gevoerd met de Amerikaanse regering over migratie en het herstel van directe postdiensten tussen beide landen. Hij noemde de gesprekken “respectvol en vruchtbaar”. [3]

Rapport
Op 8 oktober heeft het bureau van de permanente Cubaanse missie bij de Verenigde Naties een rapport uitgebracht waarin verslag wordt gegeven van de gevolgen van de Amerikaanse blokkade in het afgelopen jaar. [4] De schade raakt verschillende sectoren van de Cubaanse economie en samenleving, waaronder toerisme, de landbouw, veeteelt, technologie, onderwijs, cultuur en woningbouw.
In het rapport wordt genoemd dat de Cubaanse luchtvaartmaatschappij, Cubana de Aviación, grote obstakels heeft bij het innen van geld voor verleende diensten aan Amerikaanse luchtvaartmaatschappijen die gebruik maken van het Cubaanse luchtruim. Als voorbeeld wordt de boete van honderdduizend dollar genoemd die het Amerikaanse Spirit Airlines kreeg omdat deze wel voor aan hen verleende diensten hadden betaald. Cubana de Aviación mag ook niet het Amerikaans luchtruim gebruiken. Hierdoor heeft de maatschappij 2.4 miljoen dollar verloren op alleen al 800 vluchten tussen Canada en Cuba.

In de toeristische sector wordt een verlies genoemd van 194 miljoen dollar, als gevolg van het verbod voor Amerikaanse staatsburgers om Cuba te bezoeken. De sectoren wetenschap, technologie en milieu ondervinden moeilijkheden omdat Cuba belemmerd wordt bij betalen voor het vastleggen van patenten bij de Wereldorganisatie voor Intellectueel Eigendom in Genève.
Verder ondervindt Cuba schade door de beperkingen tot toegang tot het Internet. Cuba is daardoor gedwongen met breedband te werken en satellietverbinding, die langzamer en veel duurder zijn dan wanneer ze aangesloten kunnen worden op de glasvezelkabels die vlak langs het eiland naar de Verenigde Staten lopen.
De schade in het afgelopen jaar aan het Cubaanse telecommunicatiebedrijf bedraagt 53.7 miljoen dollar, als gevolg van het feit dat Cuba geen apparatuur en onderdelen in de Verenigde Staten kan kopen.

Landbouw
Minister van Landbouw, Alcides Lopez, verklaarde tegenover de pers dat de Cubaanse landbouw het afgelopen jaar 149 miljoen dollar schade heeft opgelopen als gevolg van de blokkade. Vooral de tabakssector wordt getroffen met een verlies van 93 miljoen dollar, de varkenshouderij met 28 miljoen en de pluimveehouderij met 24 miljoen. Lopez zei dat de Verenigde Staten aan het begin van het decennium weliswaar de verkoop aan Cuba heeft toegestaan, maar niet de aankopen. Daar komt bij dat Cuba geen krediet kan krijgen en met talloze harde voorwaarden te maken heeft.
Eén van de bepalingen die Cuba treft is dat het eiland geen machines, onderdelen en technologie kan kopen waar meer dan 10 procent materiaal van Amerikaanse fabricage in zit. [5]
Als gevolg van de beperkingen op de aankoop van machines en onderdelen heeft de woningbouw en infrastructurele werken het afgelopen jaar een schade van 47.2 miljoen dollar opgelopen. [6]

Cultuur en Onderwijs
Ook sectoren die niet direct tot de economie behoren, zoals cultuur en onderwijs, worden getroffen. Zo wordt het Cubaanse ARTEX geraakt bij hun marketingrechten en het verbod van Washington voor het promoten en uitzenden van muzikaal talent. De verliezen bedroegen het afgelopen jaar 130.000 dollar.
Het Cubaanse Boek Instituut ondervindt tegenwerking bij de verkoop van literatuur en kan geen cheques inwisselen van uitgevers en distributeurs waarmee contracten zijn afgesloten. Ook de kunst en filmindustrie kampen met problemen bij de distributie en productie als gevolg van de onmogelijkheid om onderdelen en technologie aan te kopen. Omdat Cuba gedwongen is veel duurder in Europa en Azië te kopen, waren de verliezen het afgelopen jaar 636.990 dollar. [7]

Het onderwijs kampt met hetzelfde probleem. Het afgelopen jaar heeft Cuba voor 40 miljoen dollar in Azië aankopen gedaan voor deze sector. Volgens het rapport moest 8.7 procent van dit bedrag betaald worden aan vrachtkosten. Wanneer Cuba in de Verenigde Staten had kunnen kopen, was dit slechts 3.9 procent geweest.
Cubaanse leraren en wetenschappers hebben ook geen toegang tot up to date werk van Amerikaanse schrijvers of onderzoek- en onderwijscentra. Amerikaanse uitgeverijen en hun dochterfirma’s in andere landen weigeren boeken of pedagogisch materiaal aan Cuba te verkopen. [8]
Het Amerikaanse IBM werd het verboden om speciale trainingprogramma’s op Cuba te geven [9] en Cook Vascular Inc. mocht geen speciale apparatuur voor hartziekten leveren. [10]

Extraterritoriale karakter
De Amerikaanse blokkade raakt niet alleen de bilaterale relaties, ook de betrekkingen met andere landen worden er door geraakt. Zo werd het Franse Lactalis Co., een dochter van het Amerikaanse Lactalis, beboet met 20.950 dollar voor het overtreden van de Helms-Burton Wet. De beroemde Havana Club rum die door Pernod Ricard wordt gedistribueerd, lijdt schade omdat de Verenigde Staten weigeren zich aan de WTO regels te houden. [11]
De Cubaanse ambassadeur bij de VN in Genève, Rodolfo Reyes, heeft in een persconferentie verklaard dat Cuba problemen heeft bij het nakomen van haar betalingsverplichtingen aan internationale organisaties. De diplomaat verklaarde dat de meerderheid van die organisaties een rekening hebben bij de Zwitserse USB Bank. De Verenigde Staten hebben de USB Bank een boete opgelegd van 100 miljoen dollar voor het uitvoeren van transacties met Cuba. Cuba is nu gedwongen de betalingen via een derde bank te doen, waardoor de kosten enorm oplopen. [12]

Philips
Een bijzonder geval is het Nederlandse Philips. De voormalige Cubaanse president Fidel Castro ging onlangs in zijn ‘Reflecciones’ uitvoerig in op dit bedrijf, met als titel “Het dubbele verraad van Philips”. Nadat Hugo Chávez in Venezuela tot president was gekozen, heeft Cuba een groot aantal artsen naar Venezuela gestuurd om vooral in de arme wijken en afgelegen dorpen medische bijstand te geven. Chávez vroeg later aan Fidel om een landelijk gezondheidsnetwerk op te zetten waar alle Venezolanen van konden profiteren. Daaruit kwam het plan om over geheel Venezuela 600 medisch diagnostische centra te vestigen, met poliklinieken en onderzoekscentra.
Castro schrijft dat in de aanloop van het plan, in 2006 besloten werd om voor 27 van dergelijke centra apparatuur aan te schaffen. Omdat men de best mogelijke apparatuur wilde, besloot men met het Duitse Siemens en het Nederlandse Philips te onderhandelen. In totaal ging het om 553 apparaten, ter waarde van 72.762.694 dollar.

In 2006 werd ook inderdaad geleverd, maar in 2007 staakten alle leveranties. In maart 2007 onderhandelden een Cubaanse delegatie met Philips in Brazilië, waar het hoofdkantoor voor Philips Latijns-Amerika is gevestigd. Daar kreeg men te horen dat Philips onder druk werd gezet door de Bush-regering om met informatie over de geleverde apparatuur te komen, omdat ze componenten met Amerikaanse patenten zouden bevatten. Tegen de delegatie werd gezegd: “Ik weet dat dit het plan van de president raakt. Onze organisatie wordt geraakt en bedreigd. Al onze organisaties hebben veel angst”, waarna onmiddellijk volgde “ze hebben veel angst”.

Er werd aan toegevoegd dat ze wilden blijven samenwerken en naar een formule zouden zoeken. Ondanks deze belofte werd het gehele jaar 2007, 2008 en de helft van 2009 geen enkel apparaat geleverd. In juni van 2009 verklaarde Philips dat het, na eerst een boete van 100.000 dollar aan de regering van Barak Obama te hebben betaald, bereid was alsnog te leveren. Cuba heeft afgezien van verdere aankopen bij Philips en besloten met andere Europese en Japanse firma’s verder te gaan. Siemens dat wel heeft geleverd, hoort daarbij. [13]

Roep om afwijzing
De nu officieel 47 jaar durende blokkade heeft naar Cubaanse berekeningen het eiland voor meer dan 96 miljard dollar schade berokkend. Wanneer dit bedrag gerekend zou worden naar de huidige dollarkoers, komt het neer op 236.2 miljard dollar. De verliezen zijn nu des te pijnlijker door de drie enorme orkanen die het eiland vorig jaar getroffen hebben en een schade van 10 miljard dollar hebben aangericht.


Het Cubaanse parlement heeft een dringende oproep gedaan aan alle parlementen in de wereld om zich actief in te zetten voor de beëindiging van de blokkade. “Wij vragen aan alle parlementen in de wereld erbij het Amerikaans Congres en de Amerikaanse regering erop aan te dringen dat er een definitief einde komt aan deze eenzijdige agressie”, aldus de verklaring. [14]

Op de derde Cuba-Bolivia Interparlementaire Bijeenkomst hebben beide delegaties de blokkade veroordeel en zich uitgesproken voor versterking van de Latijns-Amerikaanse integratie, vooral de invoering van ede nieuwe munt SUCRE om de ALBA alliantie verder uit te bouwen. [15]
De ALBA-landen hadden al eerder op hun zesde topontmoeting en onlangs op de zevende topontmoeting de blokkade veroordeeld. [16]

Tal van leiders hebben zich ook persoonlijk geuit. De Venezolaanse president Hugo Chávez zei in een televisie uitzending na de stemming in de Algemene Vergadering dat de wereld zich in een overweldigende meerderheid heeft uitgesproken tegen de “criminele blokkade”. Hij riep president Obama op in lijn met deze uitspraak de blokkade op te heffen.
Refererend aan de stemming van de Verenigde Staten, vroeg hij zich af of Obama wel de Nobel Prijs voorde Vrede verdiende. “Obama, verdien deze prijs. Dit is de kans om geschiedenis te maken, het zou te betreuren zijn om het te laten passeren”, aldus Chávez. Hij voegde eraan toe dat dit een test was, dat Obama de blokkade moet stoppen, “maar nee, zij stemmen er voor”. Hij noemde de uitslag een morele
overwinning voor de Cubaanse Revolutie, het Cubaanse volk en hun leiders Fidel en Raúl Castro. [17]

Ook andere Latijns-Amerikaanse leiders hebbe de Verenigde Staten opgeroepen de blokkade tegen Cuba te stoppen. De Braziliaanse president Lula verklaarde nadat Obama het besluit had genomen de blokkade met een jaar te verlengen dat hij bij de G-20 top in Pittsburgh Obama zal vragen wat de reden is voor deze verlenging. [18]

De Boliviaanse president Morales heeft bij diverse gelegenheden zich onomwonden tegen de Amerikaanse politiek met betrekking tot Cuba uitgesproken. In dit voorjaar sprak hij na de top van de OAS, vlak voor zijn vertrek naar Cuba, dat de opheffing van de uitsluiting van Cuba als lid van deze organisatie, een goed moment zou zijn om de blokkade te stoppen. Hij karakteriseerde de blokkade als “schending van mensenrechten, een genocide daad tegen Cuba en een slag voor de waardigheid en soevereiniteit van de volken. [19]

De president van Ecuador, Rafael Correa, noemde de blokkade “absurd”. Hij prees “het menselijk kapitaal en de sociale cohesie” op het eiland om een halve eeuw blokkade te kunnen weerstaan. Correa was in augustus op bezoek in Cuba om een medische behandeling te ondergaan. Hij heeft tijdens zijn bezoek gesprekken gevoerd met Raúl en Fidel Castro.
“Ik kan u verzekeren dat geen enkel Latijns-Amerikaans land het vijf maanden zou uithouden en met de capaciteiten, het menselijk kapitaal en de sociale cohesie die Cuba bezit, kan ik u verzekeren dat wanneer deze absurde blokkade wordt opgeheven, het eiland een vlucht naar voorspoed zal meemaken.” [20]

Ook buiten Latijns-Amerika klinkt de roep tot een andere koers in de Amerikaanse politiek inzake Cuba. Het Russische parlement heeft de parlementen van alle aangesloten landen bij de Verenigde Naties opgeroepen om samen te werken om de Amerikaanse regering te overtuigen de blokkade op te heffen. In een verklaring worden de Verenigde Staten opgeroepen de principes en normen van het internationaal recht te respecteren. [21]

De Kroatische president Stjepan Mesic, die in september een bezoek heeft gebracht aan Havana, noemde de blokkade iets dat in belang van niemand is, niet voor de Verenigde Staten en niet voor Cuba. Hij riep de Europese landen op om de betrekkingen met Cuba te versterken. [22] Ook Spanje wil de betrekkingen met Cuba nauwer aanhalen.

Amnesty International heeft in een rapport op 1 september, de Amerikaanse president Obama opgeroepen de blokkade op 14 september te beëindigen omdat het de gezondheid van de bevolking in gevaar brengt, vanwege de problemen bij het verkrijgen van sanitair materiaal. De secretaris van Amnesty International,
Irene Kahn, zei in een verklaring die door het hoofdkantoor in Londen werd uitgegeven dat dit “het perfecte moment is voor de president om afstand te nemen van een gefaalde politiek uit het verleden”. Zij noemde het mechanisme van de blokkade “immoreel en gevaarlijk voor de bevolking van het eiland omdat ze niet kunnen profiteren van de medicijnen en medische apparatuur, die essentieel zijn voor de volksgezondheid”.
De organisatie heeft bekend gemaakt dat een levering van drie miljoen injectienaalden door Alianza Global in 2007 werd geannuleerd, nadat bekend werd dat ze bedoeld waren voor Cuba. Kahn verklaarde dat hoewel de Cubaanse autoriteiten de eerst verantwoordelijken zijn om adequate medische verzorging te bieden, “landen die sancties opleggen rekening moeten houden met de gevolgen voor de bevolking. [23]
Op 14 september heeft Obama besloten tot verlenging van de blokkade.
-.-