De Boliviaanse president Evo Morales ging in zijn rede in op de ervaringen die de volkeren van Zuid-Amerika hebben met buitenlandse militaire bases. “Allereerst, in de koloniale tijd, werden de inheemse volkeren onderworpen, vernederd en beroofd van hun grondstoffen, werden zij geconfronteerd met een politiek gericht op hun uitroeiing. Daarna, onder Amerikaanse dominantie, werden ze geconfronteerd met interventies en staatsgrepen. Elke keer wanneer de volken vechten voor hun soevereiniteit, volgde een Amerikaanse interventie in welke vorm dan ook”, aldus Morales.
Hij bracht in herinnering dat de VS verschillende doctrines daarvoor hanteerden. Het anticommunisme werd gebruikt tegen vakbondsleiders en sociale bewegingen en de strijd tegen de drugs tegen leiders en presidenten die zich verzetten. Zo werden subcommandante Marcos in Chiapas, Mexico, en president Hugo Chávez van Venezuela beschuldigd van betrokkenheid bij drugshandel. “Ik kreeg van Amerikaanse ambassadeurs in een vergadering te horen dat ik een Bin (Laden) Andino was en dat de cocaboeren Taliban waren”, aldus Morales.
“De buitenlandse troepen die in Bolivia waren, bestrijden niet de drugshandel, daarom hebben we ze het land uitgezet. Nu maken we goede vorderingen in de strijd tegen de drugshandel met onze eigen strijdkrachten en nationale politie. Het enige probleem waar we mee worstelen is goede uitrusting en technologie. Wij wilden die in Brazilië kopen en in andere landen, maar dat wilden de Amerikanen niet. De Amerikanen waren er tegen dat wij helikopters en vliegtuigen kochten”, aldus Morales.
Hij ging ook in op de ervaringen die zij met Amerikaanse troepen in Bolivia hadden. Als voorbeeld noemde hij de regio’s Cochabamba en Yungas in 1988, waar Amerikaanse legerfunctionarissen het Boliviaanse leger en de nationale politie bevelen gaf op te treden tegen de bevolking die in verzet was gekomen. De mensen werden vanuit helikopters beschoten, waarbij 11 mensen werden omgebracht.
Hij bracht verder naar voren dat de vestiging van militaire bases nu in Colombia ook niet de strijd tegen de drugshandel tot doel heeft, maar dat het om een politiek militaire aanwezigheid gaat om de regio te controleren. Hij haalde daarbij de woorden aan van de Amerikaanse senator Paul Coverdale, die zei dat om Venezuela te controleren, het noodzakelijk is om Colombia militair te bezetten.
Volgens Morales was één van de motieven voor het vestigen van de bases in Colombia het tegen elkaar opzetten van de presidenten van de regio is. “Ik ben tot de conclusie gekomen dat vanuit de Verenigde Staten wantrouwen tussen de presidenten van Zuid-Amerika wordt gezaaid. Wij werken aan eenheid en een integratieproces, waarin ieder land, elke president, elke politieke partij in hun land het recht heeft om een eigen politiek te voeren, of dit nu vanuit een socialistisch, kapitalistisch of communistisch denken uitgaat”, aldus Morales, die eraan toevoegde “imperiums hebben nooit een eenheid van Zuid-Amerika gewild. Wij willen niet de instrumenten van verdeeldheid zijn.”
Hij beklemtoonde de noodzaak van een gemeenschappelijke resolutie tegen de vestiging van buitenlandse militaire bases in Zuid-Amerika. (Bron: Transcript Topontmoeting)