maandag 24 mei 2010

VOLKERENOVEREENKOMST


Wereld Volksconferentie over Klimaatverandering
en de grondrechten van Moeder Aarde
22 april 2010, Cochabamba, Bolivia


Vandaag is onze planeet, Moeder Aarde, gewond en is de toekomst van de mensheid in gevaar.

Als de opwarming van de aarde met meer dan twee graden Celsius toeneemt - een situatie waartoe het 'Akkoord van Kopenhagen" zou kunnen leiden – bestaat een kans van vijftig procent dat de schade aan onze planeet volledig onomkeerbaar zal zijn. Tussen de twintig en dertig procent van de species dreigt te verdwijnen. Grote bosgebieden worden dan aangetast, droogtes en overstromingen bedreigen de verschillende regio's van de planeet, woestijnen breiden zich uit en het smelten van de poolkappen en de gletsjers in de Andes en de Himalaya zal versneld plaatsvinden. Vele eilandstaten zullen verdwijnen en Afrika zal lijden aan een temperatuurstijging van meer dan drie graden Celsius. Ook zal het de wereldvoedselproductie doen verminderen, wat een catastrofale impact heeft op de overlevingskansen van inwoners in grote gebieden op onze planeet en het aantal mensen in de wereld dat honger zal lijden - nu al 1,02 miljard mensen - zal dramatisch toenemen. Bedrijven en regeringen van de zogenaamde "ontwikkelde" landen, met medeplichtigheid van een deel van de wetenschappelijke wereld, hebben de discussie over klimaatverandering beperkt tot een probleem tot de stijging van de temperatuur, zonder de oorzaak – het kapitalistische systeem - ter discussie te stellen.


Kapitalisme


We worden geconfronteerd met een terminale crisis van een patriarchaal beschavingsmodel, dat zich sinds de industriële revolutie versneld heeft ontwikkeld en gebaseerd is op onderwerping en vernietiging van mens en natuur.

Het kapitalistische systeem heeft ons een logica opgelegd van concurrentie, vooruitgang en onbeperkte groei. Dit productie- en consumptieregime beoogt onbegrensde winst, scheidt daarbij de mens van de natuur en legt een systeem van dominantie op, waarbij alles gezien wordt als koopwaar: water, aarde, de mens, oeroude cultuur, biodiversiteit, rechtvaardigheid, ethiek, de rechten van volkeren, en het leven zelf.

Onder het kapitalisme is onze planeet gereduceerd tot leverancier van grondstoffen en de mens tot consument en productiekracht; tot mensen wiens waarde slechts wordt bepaald door wat zij bezitten en niet door wat ze zijn.

Het kapitalisme heeft een krachtige militaire industrie nodig, zowel voor de accumulatieprocessen als voor de controle over de gebieden en natuurlijke hulpbronnen. Het verzet van de volkeren wordt onderdrukt: het is een imperialistische systeem van kolonisatie van onze planeet.

De mensheid wordt confronteert met een groot dilemma: doorgaan op het pad van het kapitalisme, plundering en dood, of kiezen voor de weg van harmonie met de natuur en respect voor het leven.


Welzijn en Evenwicht
Het is absoluut noodzakelijk dat we een nieuw systeem creëren dat de onderlinge harmonie tussen natuur en mens herstelt. En om in evenwicht met de natuur te komen, moet er eerst rechtvaardigheid tussen de zelf mensen zijn. Wij stellen de volkeren van de wereld voor om te komen tot herstel, herwaardering en versterking van de kennis, wijsheid en oeroude praktijken van inheemse volkeren, tot uiting gebracht in het idee van "Welzijn", waarbij onze planeet wordt erkend als een levend wezen, waarmee wij een ondeelbaar, onderling afhankelijk, complementair en spirituele relatie hebben. Om de klimaatverandering het hoofd te bieden, moeten wij onze planeet als de bron van het leven erkennen en een nieuw systeem creëren, gebaseerd op de principes van:
  • Harmonie en evenwicht tussen allen en met alles;
  • Complementariteit, solidariteit en gelijkheid;
  • Collectief welzijn en bevrediging van de basisbehoeften voor iedereen, in harmonie met onze planeet;
  • Respect voor de rechten van onze planeet en voor de mensenrechten;
  • Erkenning van mensen voor wat ze zijn, niet voor wat ze bezitten;
  • Uitbanning van alle vormen van kolonialisme, imperialisme en interventionisme;
  • Vrede tussen de volkeren en met Moeder Aarde;

President Chávez (l) spreekt de bijeenkomst toe. Uiterst recht president Evo Morales van Bolivia


Het model dat wij voorstaan is er niet een van de onbegrensde en destructieve ontwikkeling. Alle landen moeten de goederen en diensten produceren die nodig zijn om in de fundamentele behoeften van hun bevolking te voorzien, maar in géén geval kunnen zij doorgaan op de weg van ontwikkeling die ertoe heeft geleid dat de rijkste landen een ecologische voetafdruk hebben achter gelaten die vijf keer groter is dan de planeet kan dragen. Op dit moment is het herstellend vermogen van de planeet al met meer dan dertig procent overschreden. Als dit tempo van de overexploitatie van onze planeet door blijft gaan, dan zullen wij tegen het jaar 2030 twee planeten nodig hebben. In een onderling afhankelijk systeem, waarvan de mens slechts één onderdeel is, is het onmogelijk om alleen de rechten van de mens te erkennen, zonder dat het tot een onevenwichtigheid in het systeem als geheel leidt. Om de mensenrechten en de harmonie met de natuur te herstellen, is het noodzakelijk om effectief de rechten van de planeet Moeder Aarde te erkennen en toe te passen. Voor dit doel stellen wij het de bijgevoegde project voor van de Universele Verklaring van de Rechten van Moeder Aarde, waarin is opgenomen:
  • Het recht om te leven en te bestaan;
  • Het recht om te worden gerespecteerd;
  • Het recht tot herstel van de bio-capaciteit en de continuering van vitale cycli en processen, vrij van menselijk ingrijpen;
  • Het recht tot handhaving van de identiteit en integriteit van de planeet
  • Het recht op water als bron van leven;
  • Het recht op schone lucht;
  • Het recht op volledige gezondheid;
  • Het recht om vrij te zijn van besmetting en vervuiling, vrij van giftige en radioactieve afvalstoffen;
  • Het recht om vrij te zijn van verandering of aanpassing van haar genetische structuur, op een wijze die haar integriteit en vitaal en gezond functioneren bedreigt;
  • Het recht op snel en volledig herstel van de schade die het gevolg is van schending van bovenstaande rechten en veroorzaakt zijn door menselijke activiteiten.

Meetbare doelstellingen


De "gemeenschappelijke visie" [1] is dat de concentratie van broeikasgassen in de atmosfeer gestabiliseerd moet worden, om artikel 2 van het VN-Raamverdrag inzake klimaatverandering effectief te maken, op een niveau dat gevaarlijke antropogene storingen in het klimaatsysteem voorkomt. Onze visie is gebaseerd op het beginsel van historisch gemeenschappelijke maar gedifferentieerde verantwoordelijkheden, hetgeen impliceert dat we van de ontwikkelde landen eisen dat zij zich binden aan meetbare doelstellingen van emissiereductie, die het mogelijk zullen maken om de concentratie van broeikasgassen terug te brengen tot 300 ppm en daarmee de gemiddelde stijging van de wereldtemperatuur tot een maximum van één graad Celsius.
De ontwikkelde landen moeten zich ambitieuze doeleinden stellen ter beperking van de uitstoot. Dit met steun van volkeren, bewegingen en landen en ter verwezenlijking van korte termijn doelstellingen, hetgeen de uiteindelijke doelstelling van de Conventie en in overeenstemming met onze visie met betrekking tot de handhaving van het evenwicht in het klimaatsysteem van de aarde, is.
De gedeelde visie voor gezamenlijke actie op lange termijn in de onderhandelingen over klimaatverandering, moet niet moet worden beperkt tot de vaststelling van de limiet van temperatuursstijging en de concentratie van broeikasgassen in de atmosfeer, maar moet op een evenwichtige en integrale wijze maatregelen behelzen ten aanzien van capaciteit, productie- en consumptiepatronen en andere essentiële factoren, zoals de erkenning van de rechten van Moeder Aarde als onze planeet.

Historische schuld


Als belangrijkste veroorzakers van klimaatverandering en uitgaande van hun historische en huidige verantwoordelijk op dit gebied, moeten de ontwikkelde landen hun schuld in al zijn dimensies erkennen en inlossen als basis voor een rechtvaardige, effectieve en wetenschappelijke oplossing voor de klimaatverandering. In deze context, eisen wij dat de ontwikkelde landen:

  • De atmosferische ruimte herstellen die wordt bezet door hun uitstoot van schadelijke broeikasgassen. Dit houdt de dekolonisatie van de atmosfeer in, door vermindering en absorptie van hun uitstoot;
  • De kosten en de noodzaak tot overdracht van technologie aanvaarden, die voortvloeien uit het verlies van ontwikkelingsmogelijkheden, als gevolg van een beperkte ruimte in de atmosfeer voor de ontwikkelingslanden;
  • De verantwoordelijkheid nemen voor de honderden miljoenen mensen die zullen worden gedwongen te migreren en hun restrictieve immigratiebeleid veranderen, waardoor migranten een fatsoenlijk leven met volledige waarborging van de mensenrechten geboden wordt;
  • Het verstrekken van middelen ter preventie, minimalisering en afwikkeling van de schade, die het gevolg is van hun overmatige uitstoot;
  • Deze schuld te aanvaarden als onderdeel van een bredere verplichting aan de planeet om de Universele Verklaring van de Rechten van Moeder Aarde van de VN toe te passen.
De aandacht moet niet alleen gericht zijn op financiële compensatie, maar ook over het recht op herstel van de integriteit van onze planeet en al haar bewoners.


Kyoto-protocol


Wij betreuren de pogingen van sommige landen om het Kyoto-protocol te anuleren, het enige wettelijke bindende instrument dat specifiek de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen door de ontwikkelde landen regelt.

Wij willen de wereld op de hoogte brengen van het feit dat de uitstoot van de ontwikkelde landen, ondanks hun verplichting deze te verminderen, in de periode 1990 tot 2007 met 11,2 procent is gestegen.

Tijdens diezelfde periode, als gevolg van ongebreidelde consumptie, steeg de uitstoot van broeikasgassen in de Verenigde Staten van Amerika met 16,8 procent tot een gemiddelde van 20 tot 23 ton CO2 per persoon. Dit komt overeen met 9 keer meer dan dat van de gemiddelde inwoner van de "Derde Wereld", en 20 keer meer dan die van de gemiddelde inwoner van Afrika onder de Sahara.

Wij wijzen het illegale “Kopenhagen Akkoord" categorisch af. Dit akkoord laat namelijk toe dat ontwikkelde landen onvoldoende hun schadelijke uitstoot verminderen op grond  van vrijwillige en individuele verbintenissen. Dit zal het klimaat van onze planeet verder aantasten door een toename te veroorzaken van de temperatuur van rond de 4° C.

De volgende VN-conferentie over klimaatverandering, die gehouden wordt eind 2010 in Mexico, moet een amendement goedkeuren, waarin het Protocol van Kyoto voor een tweede periode, namelijk van 2013 tot 2017, bindend wordt en op grond waarvan de ontwikkelde landen moeten instemmen met belangrijke binnenlandse emissiereducties van tenminste 50 procent uitgaande van
het niveau van 1990, met uitsluiting van “koolstofmarkten” – d.w.z. het verkopen van uitstootruimte - of andere mechanismen die het falen van de werkelijke verminderingen in de uitstoot van broeikasgassen maskeren.

Wij verlangen in de eerste plaats van de ontwikkelde landen als groep dat zij hun maximale uitstoot vaststellen. Daarbinnen kunnen afzonderlijke verdragen tussen elk ontwikkeld land en aanvullende inspanningen geleverd worden, om het Protocol van Kyoto als de weg naar emissiereducties te handhaven.

De Verenigde Staten, die als enige bijlage 1 land [2] het Kyoto-protocol niet hebben geratificeerd, hebben een belangrijke verantwoordelijkheid ten opzichte van alle andere landen dit document te ratificeren en zich te verbinden aan een uitstoot verminderen die past bij
de totale omvang van hun economie.


Gelijke rechten


De volkeren hebben gelijke rechten om te worden beschermd tegen de nadelige gevolgen van de klimaatverandering. Wij verwerpen het begrip van aanpassing aan de klimaatverandering wanneer dit opgevat wordt als een ontheffing om de effecten weg te nemen die zijn veroorzaakt zijn door de vroegere emissies van de ontwikkelde landen. Deze moeten zelf hun manier van leven en consumptie aanpassen in het licht van de mondiale noodsituatie. We zien het als noodzakelijk om de negatieve effecten van de klimaatverandering aan te pakken en beschouwen aanpassing als een proces in plaats van een dictaat, en als een instrument dat kan dienen om deze effecten te compenseren, waarbij kan blijken dat het mogelijk is te komen tot harmonie met de natuur in het kader van een ander model van leven.

Het is noodzakelijk om een fonds te vormen voor de aanpak van de klimaatverandering, als onderdeel van een financieel mechanisme dat wordt beheerd op een soevereine, transparante en rechtvaardige wijze voor alle lidstaten. Dit fonds moet de effecten en kosten van klimaatverandering, en de behoeften die voortvloeien uit deze effecten voor ontwikkelingslanden, beoordelen en toezien op de ondersteuning van de kant van de ontwikkelde landen. Het moet ook een mechanisme bevatten voor compensatie van de huidige en toekomstige schade, verlies van kansen als gevolg van extreme en geleidelijke klimatologische veranderingen, en de extra kosten die zich zouden kunnen aandienen wanneer onze planeet ecologische drempels overschrijdt, zoals gevolgen die zich aandienen als belemmeringen voor het "Welzijn".

Het 'Kopenhagen-akkoord’, dat door enkele lidstaten aan de ontwikkelingslanden is opgelegd, is afgezien van het feit dat het qua aan middelen ontoereikend is, vooral een poging tot het zaaien van verdeeldheid en tot afpersen van ontwikkelingslanden door het stellen van voorwaarden voor het verkrijgen van hulp voor aanpassing en matiging. We vinden het ook onaanvaardbaar dat bij internationale onderhandelingen ontwikkelingslanden ingedeeld worden naar gelang hun kwetsbaarheid voor klimaatverandering, waardoor onderlinge geschillen, ongelijkheid en scheiding worden gegenereerd.


Duurzame landbouw


De enorme uitdaging waar de mensheid voor staat om de opwarming van de aarde te stoppen en te verminderen, kan alleen worden bereikt door middel van een grondige verandering in de landbouw in de richting van een duurzaam model van agrarische productie, zoals toegepast door kleine boeren,n inheemse volken en bij andere oeroude modellen en praktijken. Dit kan bijdragen tot de zogenaamde voedselsoevereiniteit, opgevat als het recht van de volkeren om hun eigen zaden, grond, water en de productie van levensmiddelen te controleren, teneinde door middel van productiemethoden die in harmonie zijn met de planeet en passend in de lokale culturele context, de toegang tot voldoende, gevarieerde en voedzame levensmiddelen te garanderen.

De klimaatverandering heeft diepgaande gevolgen voor de landbouw en de levenswijze van de inheemse volkeren en boeren in de hele wereld en deze effecten zullen verslechteren in de toekomst.

De Agrobusiness is door haar sociale, economische en culturele model van de mondiale kapitalistische productie en de logica om voedsel te produceren voor de markt en niet om te voldoen aan het recht op goede voeding, is een van de voornaamste oorzaken van de klimaatverandering. Hun technologische, commerciële en politieke benadering veroorzaakt alleen een verscherping van de klimaatcrisis en de toename van de honger in de wereld. Om deze reden zijn wij tegen vrijhandelsovereenkomsten, associatieovereenkomsten en alle vormen van de toepassing van de intellectuele eigendom met betrekking tot het leven, de huidige technologische toepassingen (landbouwchemicaliën, genetische modificatie) en die middelen die een valse oplossingen bieden (biobrandstoffen, geo-engineering, nano technologie, etc
), omdat deze alleen de huidige crisis verergeren.


Megaprojecten


We veroordelen eveneens de wijze waarop het kapitalistische model mega-infrastructuurprojecten oplegt, gebieden binnen dringt met projecten om alles uit de bodem te halen, water te privatiseren en gebieden te militariseren, waardoor inheemse volkeren verdreven worden van hun gronden, de voedselsoevereiniteit belemmert en de sociaal-ecologische crisis wordt verdiept.

Wij eisen de erkenning van de behoefte als voorwaarde voor bestaan van volkeren, levende wezens en de planeet zelf op water en wij steunen daarom het voorstel van de regering van Bolivia om het recht op water te erkennen als een fundamenteel recht.

De definitie van bossen, zoals wordt gebruikt in de onderhandelingen over het VN-Raamverdrag inzake klimaatverandering, die ook plantages omvat, is onaanvaardbaar. Monocultuurplantages zijn geen bossen.
Daarom vragen bij onderhandelingen om een definitie die recht doet de inheemse bossen, oerwouden en de diversiteit van ecosystemen op aarde.

Deelnemer inheems volk uit Ecuador


Inheemse volken


De VN-verklaring inzake de Rechten van Inheemse Volkeren moet volledig worden erkend, geïmplementeerd en geïntegreerd in de onderhandelingen over klimaatverandering. De beste strategie en actie om ontbossing en aantasting te voorkomen en inheemse bossen en oerwouden te beschermen is de erkenning en  waarborging van collectieve rechten op grond en gebieden. Dit gelet op het feit dat het merendeel van de bossen zich bevindt op het grondgebied van inheemse volkeren en andere traditionele gemeenschappen.
Wij veroordelen de marktmechanismen, zoals REDD en haar versies + en + +, die de soevereiniteit van de volkeren en hun recht op voorafgaande informatie en instemming schenden, evenals de soevereiniteit van de nationale staten, de rechten en gewoonten van volkeren en de rechten van de natuur.

Landen die vervuilen, zijn verplicht om economische en technologische middelen, die nodig zijn om voor de restauratie en het onderhoud van de bossen ten gunste van de inheemse volkeren en oeroude organische structuren, direct over te dragen. Het moet een onmiddellijke compensatie zijn en een aanvulling op de door de ontwikkelde landen toegezegde financiering, buiten de koolstofmarkt, en nooit als koolstofcompensatie. Wij eisen dat landen stoppen met activiteiten in lokale bossen op basis van marktmechanismen, die met voorstellen komen tot irreële en geconditioneerde resultaten. Wij roepen de regeringen op om een wereldwijd programma te creëren ter herstel van bossen en oerwouden, beheerd en bestuurd door de volkeren, met toepassing van boszaden, fruitbomen en inheemse flora. Regeringen moeten geen bosconcessies meer geven, aardolievelden in de grond onaangetast laten en stoppen met de exploitatie van koolwaterstoffen in bosgebieden. 


Wij roepen de staten op de  daadwerkelijke uitvoering van de internationale normen inzake mensenrechten en de rechten van inheemse volkeren, waaronder de VN-verklaring inzake de Rechten van Inheemse Volkeren krachtens IAO Overeenkomst 169, te eerbiedigen en te waarborgen. Alsmede andere relevante instrumenten in de onderhandelingen, beleid en maatregelen te erkennen, die worden gebruikt om de uitdagingen van de klimaatverandering het hoofd te bieden. In het bijzonder roepen wij de staten op om wettelijke erkenning te geven aan de claim op land en natuurlijke hulpbronnen, om onze traditionele manier van leven mogelijk te maken en te versterken, en om daadwerkelijk bij te dragen tot het oplossen van de klimaatverandering.

Wij eisen de volledige en effectieve uitvoering van het recht op informatie, overleg, inspraak en voorafgaande toestemming van de inheemse volkeren in alle onderhandelingsprocessen, en bij het ontwerp en uitvoering van maatregelen in verband met klimaatverandering.


Kritisch niveau


Aantasting van het milieu en klimaatverandering hebben op dit moment kritische niveaus bereikt en een van de belangrijkste gevolgen van dit is de binnenlandse en internationale migratie. Volgens prognoses, waren er al ongeveer 25 miljoen klimaatmigranten in 1995. De huidige schattingen liggen rond de 50 miljoen en prognoses wijzen erop dat tussen de 200 miljoen en 1 miljard mensen zullen worden verdreven door situaties als gevolg van klimaatverandering door het jaar 2050.

De ontwikkelde landen moeten hun verantwoordelijkheid nemen voor de klimaatmigranten, ze verwelkomen in hun gebieden en hun fundamentele rechten erkennen door de ondertekening van internationale verdragen die voorzien in de definitie van het begrip klimaatmigrant en eisen dat alle lidstaten zich te houden aan de naleving van de bepalingen.

Installeer een Internationaal Tribunaal van Geweten, om schendingen van de rechten van migranten, vluchtelingen en ontheemden binnen de landen van herkomst, doorvoerlanden en bestemmingslanden zichtbaar te maken, te documenteren, beoordelen en te bestraffen, met duidelijke vermelding van de verantwoordelijkheden van staten, bedrijven en andere verantwoordelijken.

De huidige financiering voor de ontwikkelingslanden voor de klimaatverandering en het voorstel van het Kopenhagen-akkoord zijn te gering. In aanvulling op de officiële ontwikkelingshulp en publieke bronnen, moeten de ontwikkelde landen zich verplichten tot een nieuwe jaarlijkse financiering van ten minste 6 procent van het bruto nationaal product om de klimaatverandering in de ontwikkelingslanden aan te pakken.
Dit is haalbaar gezien het feit dat een vergelijkbaar bedrag wordt besteed aan defensie en 5 keer meer is uitgegeven aan falende banken en speculanten, hetgeen ernstige vragen oproept over de prioriteiten en politieke wil. Deze financiering moet direct en zonder voorwaarden zijn en mag niet gebruikt worden om zich te mengen in de nationale soevereiniteit of de zelfbeschikking van de zwaarst getroffen gemeenschappen en groepen.

In het licht van de inefficiëntie van het huidige mechanisme, moet er een nieuw financieringsmechanisme worden vastgesteld op de conferentie over klimaatverandering in 2010 in Mexico. Dit mechanisme moet functioneren onder het gezag van de Conferentie van de Partijen (COP) onder het VN-Raamverdrag inzake klimaatverandering, met een significante vertegenwoordiging van ontwikkelingslanden, om de naleving van de financieringsverplichtingen van bijlage 1-landen te waarborgen.


Lucratieve business


Eerder is al gezegd dat de ontwikkelde landen in de periode 1990 tot 2007 hun emissies aanzienlijk hebben laten toenemen, ondanks de bewering dat de verlaging substantieel zou worden ondersteund door marktmechanismen.

De koolstofmarkt is uitgegroeid tot een lucratieve business en zo is onze planeet tot product geworden. Het is dus geen alternatief voor de bestrijding van klimaatverandering, omdat deze markt het land, water, en zelfs het leven zelf plundert.

De recente financiële crisis heeft aangetoond dat de markt niet in staat is het financiële systeem, dat kwetsbaar en onzeker is als gevolg van speculatie en de opkomst van tussenhandelaren, te reguleren. Daarom zou het totaal onverantwoord zijn om de zorg en de bescherming van het menselijk bestaan en van onze planeet in hun handen te leggen.

Wij zijn van mening dat het ontoelaatbaar is om in de lopende onderhandelingen nieuwe mechanismen te creëren die de koolstofmarkt uitbreiden en stimuleren, omdat de bestaande mechanismen het probleem van de klimaatverandering niet hebben opgelost, noch dat ze tot echte en directe acties hebben geleid om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen.


Kennis en technologie


Het is noodzakelijk om de nakoming van de aangegane verbintenissen door de ontwikkelde landen in het kader van de VN-Raamverdrag inzake klimaatverandering met betrekking tot ontwikkeling en overdracht van technologie te eisen, en de "technologische etalage" die de ontwikkelde landen voorstellen af te wijzen, waarbij alleen technologie verhandeld wordt. Het is essentieel om richtlijnen op te stellen voor een multilateraal en multidisciplinair mechanisme, voor participatieve controle, management en de evaluatie van het technologisch uitwisselingsproces. Deze technologieën moeten nuttig, schoon en maatschappelijk verantwoord zijn. Ook is het van fundamenteel belang om een fonds in te stellen voor de financiering en de inventarisatie van geschikte technologieën, die vrij van intellectuele eigendomsrechten zijn. In het bijzonder moeten octrooien uit handen van privé-monopolies naar het publieke domein worden gebracht, om de toegankelijkheid en lagere kosten te bevorderen.

Kennis is universeel en mag om geen enkele reden het voorwerp zijn van privé-eigendom of exclusief privaat gebruik.  Dit geldt ook voor de toepassing ervan in de vorm van technologie. De ontwikkelde landen hebben de verantwoordelijkheid om hun technologie met de ontwikkelingslanden te delen, om onderzoekscentra te bouwen in ontwikkelingslanden voor het creëren van technologieën en innovaties, en de ontwikkeling en toepassing voor het "Welzijn" te verdedigen en bevorderen. De wereld moet oeroude beginselen en benaderingen van de inheemse volkeren herontdekken en te leren om de vernietiging van de planeet te stoppen, alsmede oeroude praktijken, kennis en spiritualiteit te bevorderen om het vermogen terug te krijgen van "Welzijn" in harmonie met de planeet.


Tribunaal voor Klimaat en Milieu


Gezien het ontbreken van de politieke wil van de ontwikkelde landen om effectief te voldoen aan de verplichtingen krachtens het VN-Raamverdrag inzake klimaatverandering en het Protocol van Kyoto, en gezien het ontbreken van een internationaal juridisch organisme ter bescherming, met sancties tegen klimaat- en milieumisdaden die de rechten van de planeet en de mensheid schenden, eisen wij de oprichting van een Internationaal Tribunaal voor Klimaat en Milieu, dat de wettelijke bevoegdheid heeft om staten, bedrijven en mensen die door betrokkenheid of nalatigheid vervuilen en klimaatverandering veroorzaken, te berechten en te straffen.

Ondersteuning moet worden gegeven aan lidstaten die claims bij het Internationaal Tribunaal voor Klimaat en Milieu indienen tegen ontwikkelde landen die niet voldoen aan de verplichtingen van het VN-Raamverdrag inzake klimaatverandering en het Kyoto-protocol, inclusief de verplichtingen om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen.

Wij dringen er bij de volkeren op aan om diepgaande hervormingen binnen de Verenigde Naties voor te stellen en te bevorderen, zodat alle lidstaten gaan voldoen aan de beslissingen van het Internationaal Tribunaal voor Klimaat en Milieu.


Referendum


De toekomst van de mensheid in gevaar is en we kunnen niet toestaan dat een groep van leiders van de ontwikkelde landen beslissen voor alle andere landen, zoals ze tevergeefs geprobeerd hebben in Kopenhagen. Dit zaak gaat ons allen aan. Daarom is het essentieel om een wereldwijd referendum over klimaatverandering te houden, waarin allen geraadpleegd worden over de volgende onderwerpen:
  • het niveau van de uitstoot door de ontwikkelde landen en de multinationals;
  • financiering die wordt aangeboden door de ontwikkelde landen;
  • de oprichting van een Internationaal Tribunaal voor Klimaat en Milieu;
  • de noodzaak van een Universele Verklaring van de Rechten van Moeder Aarde;
  • de noodzaak om het huidige kapitalistische systeem te veranderen.

Het succes van dit wereldwijd referendum zal afhangen van de voorbereiding.
Om onze internationale activiteiten te coördineren en de resultaten van deze "Volkerenovereenkomst” te implementeren, roepen wij op tot de vorming van een Wereld Volksbeweging voor Moeder Aarde, die moet zijn gebaseerd op de beginselen van complementariteit en respect voor de diversiteit van herkomst en visies onder haar leden en een brede en democratische ruimte biedt voor de coördinatie en de gezamenlijke wereldwijde acties.

Daartoe nemen wij het bijgevoegd “globaal plan van aanpak” aan, om te zorgen dat in Mexico de ontwikkelde landen van bijlage 1 het bestaande wettelijke kader en vermindering van hun uitstoot van broeikasgassen met 50 procent accepteren, evenals de verschillende voorstellen die zijn opgenomen in deze overeenkomst.

Ten slotte stemmen we in met een Tweede Wereld Volksconferentie over Klimaatverandering en de rechten van Moeder Aarde in 2011 als onderdeel van het proces van opbouw van een Wereld Volksbeweging voor Moeder Aarde en als gelegen om de uitkomsten van de conferentie over klimaatverandering eind van dit jaar in Cancún, Mexico te bespreken.


[Met dank aan Dr. Constance van der Maesen voor de correctie]


[1] De “gemeenschappelijke visie” is neergelegd in een apart document dat nog in vertaling is.
[2] Bijlage 1 landen zijn de ontwikkelde landen.


Zie ook de videoreportages in het rechter frame.