Sinds het
aantreden van Pepe Lobo als president van Honduras op 27 januari zijn de VS de
belangrijkste steunpilaren van zijn bewind geworden en de hulp aan het land
weer hervat. Minister van Buitenlandse Zaken, Hillary Clinton, heeft bij haar tournee
door Latijns-Amerika Honduras tot haar hoogste prioriteit gemaakt en de regio opgeroepen
de VS te volgen in het erkennen van het Hondurese bewind. Lobo werd bij de verkiezingen
op 29 november van het afgelopen jaar tot nieuwe president gekozen. Deze
verkiezingen werden gehouden onder een militaire dictatuur na de staatsgreep
van 28 juni tegen de wettige president, Manuel Zelaya. Er waren geen
internationale waarnemers, behalve vertegenwoordigers van rechtse republikeinse
vertegenwoordigers die de coup toegejuicht hebben en de Liberale Internationale
o.l.v. van de Nederlandse Europarlementariër Hans van Balen, die dictator
Micheletti eerder had geprezen voor “het herstellen van de democratie”.
De meeste
Latijns-Amerikaanse landen hebben het bewind van Lobo niet erkend. De
Braziliaanse ambassadeur bij de OAS verklaarde dat er op 29 november 2009 en 27
januari van dit jaar geen wonderen zijn gebeurd en dat de situatie van de
mensenrechten onverminderd heel slecht is. Dit wordt bevestigd in een rapport
van de mensenrechtencommissie van de OAS. Daarin wordt gesteld dat alleen al in
de maand februari, dus onder het presidentschap van Lobo er 50 illegale
arrestaties zijn geweest, acht gevallen van martelingen hebben plaatsgevonden,
twee kidnappingen en twee verkrachtingen, allemaal tegen deelnemers aan het
verzet. De Amerikaanse antropologe Adreienne Pine verklaarde dat sinds het
aantreden van Lobo tien mensen zijn vermoord. Zie de reportage van de Real New
Network.