maandag 8 november 2010

VN bezorgd over mensenrechten in Honduras

De meeste landen in de VN-Mensenrechtenraad blijven bezorgd over de situatie in Honduras. Zestien maanden geleden vond daar een staatsgreep plaats tegen president Manuel Zelaya. De VN-Mensenrechtenraad, die uit 47 lidstaten bestaat, boog zich donderdag 4 november over Honduras in het kader van Universeel Periodiek Onderzoek; in dat onderzoek neemt de raad om de vier jaar de mensenrechtensituatie van elke VN-lidstaat onder de loep.
Er worden Honduras ernstige mensenrechtenschendingen aangewreven, onder meer de moord dit jaar op negen journalisten, de aanhoudende repressie en de straffeloosheid en de verslechterde situatie van kinderen en vrouwen.
Vicepresident María Antonieta Guillén de Bogran, hoofd van de Hondurese delegatie, zei dat "er geen sprake is van een staatsbeleid om inbreuken te plegen op de mensenrechten."


Straffeloosheid
Volgens de Zwitserse vertegenwoordiging leidt de "uitgebreide straffeloosheid" ertoe dat "de misdaden van Hondurese burgers, ook van journalisten of leden van de politieke oppositie" niet onderzocht of bestraft worden. Verscheidene landen benadrukten dit punt. Spanje merkte op dat 85 procent van de ingediende klachten niet wordt opgelost.
Zweden had het over "geloofwaardige rapporten" over gevallen van foltering en mishandeling in gevangenissen en andere detentiecentra. Het uitte ook zijn bezorgdheid over het buitensporige geweld van politie en leger tegen manifestanten.
Brazilië merkte op dat tegen homoseksuelen en sociaal kwetsbare kinderen en jongeren steeds meer geweld wordt gebruikt, tot moorden toe.

Geen erkenning
Sommige Latijns-Amerikaanse landen, zoals Argentinië, Brazilië, Ecuador, Paraguay en Uruguay erkennen de regering van president Porfirio Lobo nog steeds niet. Uruguay benadrukte dat zijn deelname aan het onderzoek gisteren geen erkenning van Lobo inhield.
Bij de staatsgreep op 28 juni vorig jaar werd de linkse president Manuel Zelaya door militairen het land uitgezet. Hij werd eerst opgevolgd door interimpresident Roberto Micheletti, na nieuwe verkiezingen kwam Porfirio Lobo van de rechtse Nationale Partij aan de macht.(Bron: IPS)